Klik hier en begin te typen. Sed ut perspiciatis unde omnis iste natus error sit voluptatem accusantium doloremque laudantium.

Klik hier en begin te typen. Illo inventore veritatis et quasi architecto beatae vitae dicta sunt explicabo nemo enim ipsam voluptatem.

Klik hier en begin te typen. Magnam aliquam quaerat voluptatem ut enim ad minima veniam quis nostrum exercitationem ullam corporis.

ABBA Vader.

Kor4; 3 Maar het betekent zeer weinig voor mij ( Paulus) dat ik door u beoordeeld word of door enig menselijk oordeel. Ja, ik beoordeel ook mijzelf niet. Want ik ben mij van niets bewust, maar daardoor ben ik nog niet gerechtvaardigd. Wie mij echter beoordeelt, is de Heere.

Oordeel daarom niets vóór de tijd, totdat de Heere komt. Hij zal ook wat in de duisternis verborgen is aan het licht brengen, en de voornemens van het hart openbaar maken. En dan zal ieder van God lof ontvangen.

Met de woorden van Paulus in mijn gedachten, spring ik op de fiets op weg naar het verzorgingstehuis. Paulus legt grotendeels de lat hoog maar oordeelt niet over zichzelf. In mijn hoofd blijft de grammofoon plaat vol kritiek vaak hangen: "Heer laat me door de vuurproef komen". 1 Korintiërs 3.

In de woongroep van het verzorgingstehuis haal ik een vrouw op voor de zangdienst van vanmorgen. Ze heeft een weerbarstige bui. "Niet zo hard praten ", is haar reactie op mijn "Goede morgen".

Naast haar knoeit een man met zijn vla, met trillende handen veegt hij de vla nog meer uit over zijn blouse. "Je lijkt wel een klein kind, vies peuk", zegt de vrouw. Smekend grijpt ze mijn hand "Haal me weg bij deze vreselijke mensen ".

Ik duw haar rolstoel door meerdere gangen op weg naar de kerkzaal. Ze herkend het niet meer en roept vijandig "Waar neem je me mee naar toe, snotneus".

"Als u stil bent hoort u het orgel al spelen" reageer ik zoetjes. In de aula geef ik haar, haar vaste plek. "Ow Nee', zegt ze resoluut" Naast hem ga ik niet zitten, dat is een uitermate onvriendelijke man ".

De man kijkt opgelucht en wuift een' ga weg met haar 'teken. Een dame iets verder op tikt driftig op de tafel, ze wil kennelijk een vriendinnetje', dus rijdt ik naar haar toe. "Nee, naast haar ga ik ook niet zitten, die is niet te vertrouwen", zegt mijn mensje waar ik steeds meer moeite mee krijg.

Ik zet haar vlak bij het orgel ook al gilt ze "Nee ik kan niet tegen dit zon licht".

Het orgel begint te spelen. "Jij moet sneller spelen" commandeert ze de organist toe. Ik sla het psalm boekje voor haar open, maar ze slaat hem driftig dicht. "Ik ken alles uit mijn hoofd hoor". De mensen om haar heen veranderen in angstige hoopjes.

Ik had altijd, misschien naïef, gedacht dat ons christelijke gedrag gewaarborgd was ondanks deze ziekte.

Door haar onrust is onze tafel angstig stil tijdens het zingen des te luider zingt zij nu

Ik wordt uit mijn gedachten gehaald door het orgel en de boze mevrouw die vol tranen met milde stem zingt : "ABBA vader U alleen, U behoor ik toe". 'Tranen biggelen over haar wangen.

Kalm en rustig pakt ze mijn hand "Mooi he, de liefde van de Vader".

Ja! Groot is zijn genade voor ons mensen niet te beseffen. Onze identiteit in Jezus staat vast, niets kan ons scheiden van Zijn liefde. ( Romeinen 8)

En omdat u zijn kinderen bent, heeft God ons de Geest van zijn Zoon gegeven, die 'Abba, Vader' roept. Galaten 4:6.

De liefde is vol goedheid.

Als we in de gezamenlijke koffie ruimte een kop koffie doen leer ik haar ' bejaardentehuis vriendinnen ' kennen. Na een lange tijd van eenzaamheid heeft ze nu een stel vaste vriendinnen waar ze niet snel meer van af komt. S morgens koffie drinken, s'middags gezamlijk tafeltje dekje lunch, aan het einde van de middag weer aan de thee, dan de avond boterham en s avonds gezamenlijk breinen op de kamer van één van de dames.

Ze klepperen wat af die dames.En ze weet niet altijd goed hoe ze daar mee om moet gaan. Want conflicten heeft ze genoeg in haar leven gekend. Discussies over God en geloof of over hoe je wel of niet leven moet, wat heeft dat haar veel pijn gedaan.

Godsdienstige woorden als dolk steken in haar hart daar waakt ze voor dus laat ze niemand meer komen in dat kwetsbare deel van haar bestaan.

De dames praten over bezoekjes van kinderen terwijl zij de tranen van eenzaamheid weg slikt. Met vriendinnen hoor je het lijden te kunnen delen, maar wat heeft ze vaak gehoord dat het haar schuld is dat de kinderen zo slecht terecht zijn gekomen. Diep van binnen twijfelt ze aan die nare waarheid daarvan.

Terwijl ik in eerste instantie niets vermoedend het gesprek richting het geloof breng wordt ze onrustig. De dames pakken gretig het onderwerp aan, maar zij pakt haar rollator en gaat er van door. "Van geloof daar komt alleen maar ruzie van "leert ze me de les.

Ik leer haar in de weken er op kennen als een taaie met eelt op haar ziel, haar ratio weet precies hoe ze om moet gaan met de pijn van haar leven. Maar wat heeft ze toch moeite met haar eigen kwetsbare hart van goud die snakt naar hoe het zo anders had kunnen zijn.

Ik luister naar haar verhaal en ze heeft met recht een dikke laag eelt gecreëerd. Wat is ze adem geworden en wanneer ze lacht om haar eigen houding weet ik dat zij haar eigen afweersysteem en constructie goed door heeft.

Gelukkig heb ik ook wat te klagen in het leven en dat schept een verbondje.

Met kleine beetjes brokkelt ze af en durft ze me te vertellen dat ze geen geloofsgesprekken wil omdat ze geen confrontatie wil"laat mij nou maar mijn eigen gedachtes hebben'.

In plaats van de toegevoegde waarde die het delen van geloof 's ervaringen heeft ervaart zij de angst dat ik of iemand haar ervaring afpak en bekritiseer en dat ze overblijft met lege handen.

Haar huisje hangt vol met engeltjes, ze lachen lief en dat geeft haar kracht.

Beetje bij beetje begin ik te begrijpen dat niet ik haar iets vertellen moet, maar dat zij mij iets vertellen wil.

Haar man praatte altijd maar over God en de Bijbel zij moest het er maar mee eens zijn wat hij was grillig met een drankje op. Ze leerde zich aanpassen en bewaakte haar eigen gedachten en ervaringen op een plekje in haar hart waar niemand daar ook maar iets van vinden mocht.

Ze heeft God nooit los gelaten want Hij hield haar vast. Ook toen de mensen zeiden dat het haar schuld was dat ze haar kind verloor. En dat het haar schuld was dat de kinderen het slechte pad op gingen.

Ze huivert wanneer de dominee langs komt en de dames zich beter voor doen dan ze zijn. De dames hebben dubbele gezichten net als zoveel kerk mensen, daar wil ze niet bij horen. Ze denkt met pijn in het hart aan haar man, maar gunt hem een plekje in de hemel.

Over veel geloofszaken is ze niet uit, maar ze wijst ieder gesprek af. Ze vraagt namelijk niet om meer kennis. Laat iedereen maar zijn eigen gedachten hebben, herhaalt ze. En met dit conflictvermijdende gedrag beschermt ze haar eigen gedachten goed.

Wanneer ik stop met vragen stellen en sturen is de tijd snel rijp en vertelt ze mij haar schat.

Ze is niet bang om te sterven, omdat ze Jezus heeft gezien.

En ze wil niet naar de kerk, omdat ze geen conflicten aan kan. Ze is gevoelig voor dubbele gezichten en bang dat haar gekoesterde ervaring bekritiseerd wordt.

Ze is een simpel mensje en snapt al die moeilijke woorden in de kerk niet zo. De engeltjes in haar huis bevestigen haar de zoete lieve vrede die ze eens zag.

Daar in het ziekenhuis tijdens de bevalling van haar zoon verlieten zij beiden haast het leven ,toen daar ineens Jezus in haar kamer was. Hij keek haar aan zoals nog nooit iemand haar had aangekeken. Hij doorgronde en kende haar en lachte zo vriendelijk, zo liefdevol. De kamer vervulde zich met vrede en liefde.

Die ene blik troostte haar verleden zonder uitleg , gaf zekerheid diep in haar hart en hoop voor haar toekomst. Alles omvattende liefde gaf haar de voldoening waar ze zo naar snakte .

Dit was haar zekerheid van het geloof dat Jezus goed is en dat zij bij Hem hoorde. Overal waar er in de kerk of op verjaardagen of aan tafel gesprekken gingen over God ,geloof en Jezus waar liefdeloosheid en onvrede was dat was niet van God.

Dat kon ze onderscheiden en daar wilde ze niets meer mee.

"Laat mij mijn eigen gedachten maar houden" zei ze dan simpeltjes.

Die grote liefde die ze voelde toen Hij haar aan keek vertelde haar dat het niet haar schuld was dat haar man dronk en sloeg en dat haar kinderen hetzelfde pad kozen. De lieve ogen van Jezus vertelden dat haar eenzame pijn terecht was en dat zij geliefd hoorde te zijn.

Is dat niet het verlangen van iedere Christen? Het gezicht van Jezus zien vol liefde en warmte zodat jij durft te komen met je hele levens verhaal. De ogen van Jezus zien in de ogen van je medemens. Je kwetsbaar kunnen opstellen omdat het veilig is in het lichaam van Christus.

Levenslessen in de liefde

Onze eerste levenslessen leren we al vanaf onze babytijd. De eerste lessen van Adam begonnen vanaf zijn eerste levensdagen. God was voor Adam het eerste beeld van liefde. Perfecter kan het niet. Toch moest Adam God nog leren kennen. Zodra Adam zich na het begaan van de eerste zonde voor het eerst bewust is van zijn naaktheid verschuilt hij zich. Adam is bang om gestraft te worden door God. Hij ervaart innerlijke angst.

Hij weet nog niet hoe God gaat reageren op de begane zonde. Ook weet hij nog niet hoe hij met zijn gevallen zelfbeeld om moet gaan. Dat moet hij als - baby in de kennis van Gods liefde - allemaal nog leren.

Zo dragen wij allemaal zelf ook onze eigen rugtas aan ervaringen die wij door onze eigen bril bekijken.

Adams angst voor afwijzing en oordeel is tot en met de dag van vandaag voor iedereen herkenbaar.

1 Johannes 4:18: Als Gods liefde in ons is, hoeven we niet meer bang te zijn voor zijn oordeel. Volmaakte liefde laat alle angst verdwijnen. Angst betekent dat je bang bent voor Gods straf. Wie daar bang voor is, heeft geen volmaakte liefde in zich.

Je mag je misvormde godsbeeld dat angst oproept geestelijk bestormen en neerhalen. Gods liefde staat niet stil bij onze fouten, maar wil de weg vervolgen en vraagt: "Waar ben je?"

In Jezus Christus worden we niet veroordeeld maar aangenomen als Zijn kinderen.

Romeinen 8:31: God houdt van ons. Voor wie zouden wij dan nog bang moeten zijn? 

Je eerste beeld van liefde

Het eerste beeld van de liefde ontvang je door je eerste ervaringen met je hechtingsfiguren. Hierdoor ontstaat de basis voor jouw hechting met de mensen om je heen. Je geeft door wat je ontvangen hebt.

De manier waarop mensen op jou reageren vormt het fundament van je zelfbeeld.

Je wordt niet geboren met een gezond beeld over jezelf en de liefde. Het zijn de positieve en negatieve ervaringen waardoor je innerlijke overtuigingen, je beeld van liefde worden gecreëerd. Deze innerlijke overtuigingen vormen de bril waardoor je kijkt naar de mensen, jezelf en de wereld.

Als er afwijzing in je jonge leven heeft plaatsgevonden is het moeilijker aan te nemen dat God van je houdt en kun je je onveilig voelen. Door onveiligheid verlangt een mens naar controle, waardoor een begrip als overgave aan God weerstand kan oproepen. Trauma kan ervoor zorgen dat je een meer sceptisch en wantrouwend beeld hebt over de goede Herder die op Zijn schaapjes past.

Maar, hoe onthecht of misvormd ons beeld ook is, we kunnen niet zonder liefde. Liefde is de eerste en belangrijkste levensbehoefte van de mens.

Het belangrijkste thema in de Bijbel - de grootste gave en het totale wezen van God - is liefde.

1 Johannes 4:8: Wie niet liefheeft, kent God niet, want God is liefde.

1 Korintiërs 13:8: De liefde zal nooit verdwijnen.

Worden als een kind

Een zin uit een kindergebedje maakte mij vroeger onzeker: "Mag ik van Uw grote kudde toch een heel klein schaapje zijn?" Deze zin klonk in mijn oren alsof de goede Herder de kleine schaapjes minder belangrijk vond dan de grote schaapjes.

Jezus koos twaalf vrienden die samen met Hem mochten optrekken en getuigen mochten zijn van Zijn wonderen. Ondanks deze belangrijke plek worstelden zij ook met de vraag wie van hen de belangrijkste in het koninkrijk van God zou mogen zijn.

Minderwaardigheid en zelfoverschatting liggen - gek genoeg - dicht bij elkaar.

Jezus verteld hen dat het in het Koninkrijk van God juist andersom gaat, wanneer Hij zegt (Lucas 22:26): "De belangrijkste moet zich gedragen alsof hij de minst belangrijke is."

Mattheus 18:2: Jezus riep een kind bij zich en zette het midden in de groep. Hij zei: Luister goed naar mijn woorden: jullie moeten veranderen en net zo worden als kinderen. Anders kun je de nieuwe wereld niet binnengaan. Je moet jezelf net zo onbelangrijk maken als dit kind. Dan zul je de belangrijkste zijn in Gods nieuwe wereld.

Jezus leeft in ons en daardoor zijn we als gelovigen allemaal kinderen van God. In Zijn koninkrijk gaat het niet om onze eigen trots maar om het verhogen van Jezus. Door de minste te zijn in het koninkrijk van God worden we door hem verhoogd.

In plaats van minderwaardig is het in Gods koninkrijk juist de hoogste plek om de minste te  

Leerling

Net als de twaalf vrienden worden ook wij vrienden van Jezus genoemd. En als Zijn volgeling leren we van Zijn levenslessen. Met ons verstand én in de Geest mogen we de waarheid leren kennen.

Jezus is de Waarheid als persoon en spreekt woorden van waarheid. Onze eigen gedachten en inzichten moeten we daarom toetsen aan Gods woord.

Hoe we als mens denken over onszelf, anderen en de wereld bepaalt hoe we ons voelen. Ons gedrag in daden laat zien hoe we ons voelen. Als gelovige heb je een oude vleselijke natuur maar ook een nieuwe geestelijke natuur.

Voor de pas gelovige is dit een nieuwe gewaarwording. Als volwassen gelovige moet je elke dag opnieuw weer bij de les blijven. Omstandigheden in het leven kunnen je stabiele geloofsleven roven.

In Psalm 51:12 staat een mooi gebed van David dat ook wij kunnen bidden: "God, geef mij weer een onschuldig hart. Maak mij van binnen nieuw, zorg dat ik trouw blijf aan U. Stuur me niet weg, blijf dicht bij mij met Uw kracht."

Een leerling leert zijn hele leven. En wanneer je hoogmoedig wordt en denkt alles te weten moet je weer terug naar de basis. Door een nederige houding als leerling kan God door ons heen werken. Als we ons op ons zelf beroemen kan hij niet door ons heen werken.

In alles wat we doen moeten we God eren. Daarom doe wat je doet met alle plezier voor de Heer. En laat daar waar jij geplaatst bent Christus zien.

Het verloren schaap

Als mens reageren we verschillend, op stormen en verleidingen in het leven. Zo loopt de een weg bij God en zal de ander juist Zijn aanwezigheid zoeken.

In Lucas 15:3 verteld Jezus zijn eerste voorbeeld:

Stel dat je honderd schapen hebt, maar je raakt er één kwijt. Dan ga je dat ene schaap toch zoeken? Je laat de negenennegentig schapen achter in het veld. En je gaat dan ene schaap zoeken totdat je het vindt. Als je het schaap gevonden hebt, dan ben je blij. En je draagt het op je schouders naar huis. Thuis roep je de buren en je vrienden. En je zegt: laten we feestvieren! Want ik heb het schaap gevonden dat ik kwijt was. Luister naar mijn woorden: zo is het ook met God in de hemel. Hij is heel blij met één slecht mens die zijn leven veranderd. Meer nog dan met negenennegentig goede mensen die hun leven niet hoeven te veranderen.

Jezus tweede voorbeeld is dat van de verloren zoon.

Lucas 15:22: Maar de vader zei tegen zijn knechten: Haal snel mijn mooiste jas voor mijn zoon en trek hem die aan. Doe een ring om zijn vinger en doe schoenen aan zijn voeten. Haal het vetste kalf en slacht het. We gaan eten en feestvieren! Want mijn zoon was dood, en nu leeft hij weer. Ik was hem kwijt, maar ik heb hem weer gevonden. Toen gingen ze feestvieren.

Wij mogen met diezelfde blijdschap ook feestvieren.

Wie is God?

Als kleuter met de bekende 'Waarom? -vragen vroeg onze zoon: "Wie is God? Als Hij alles kan, waarom doet Hij dat dan niet?

In een beeldend verhaaltje over de wind die je kunt horen, voelen, maar niet zien, legde ik uit dat God, als Geest heen waait waar Hij wil.

Wijselijk beantwoordde hij zelf zijn tweede vraag: "Ik snap het al hoor mam, God is zoals de wind, dus je kunt Hem niet vangen".

Inderdaad, Zijn handelen kunnen wij mensen niet zomaar in een hokje kaderen. Hoe graag we ook overzicht, grip, controle, duidelijkheid en macht willen. Wij mensen kunnen Hem niet doorgronden en dat mogen we ook niet willen. Kennis van wie God is ligt niet in het precies moeten kunnen uitleggen hoe Hij werkt. Alleen als we ons overgeven aan God kan hij ons naar Zijn hogere plan leiden.

Jezus zegt dat we alles moeten opgeven wanneer we hem willen volgen. God willen vangen in antwoorden moeten we ook loslaten. Zo ontstaat er ruimte voor het bewegen van Gods geest.

Wanneer wij ons overgeven aan God Zal Hij ons meer en meer leren over wie Hij is. 

Vaders handschrift

De schepping laat Gods grootheid zien en spreekt zo tot onze verbeelding. Omdat de mens geschapen is naar Zijn beeld hebben wij ook iets van zijn creativiteit meegekregen.

Toch is een zonsopgang of ondergang nooit te evenaren. De woeste zee met haar golven. De kalmte en rust die we mogen zien bij het waaien van de bomen en bladeren. De vogels die hun lied zingen. Zijn majesteit is zichtbaar in het werk van Zijn handen. Het is Zijn eigen handschrift.

Wij mensen worden door de Schepper zelf de kroon op Zijn schepping genoemd. Hij kijkt iedere dag naar jou en vind je prachtig. Je draagt Zijn majesteit.

Jesaja 6o: Sta op en schitter.

Psalm 8:4: Ik kijk naar de hemel die U hebt gemaakt. Ik kijk naar de maan en sterren die U daar een plaats hebt gegeven. En ik denk; een mens is niet belangrijk, en toch denkt u aan hem. Een mens is maar klein en toch vergeet u hem niet. U hebt de mensen veel macht gegeven, ze zijn bijna net zo machtig als goden. Ze mogen heersen over alles op aarde. U hebt hun alles gegeven; de schapen en de koeien, alle dieren op het land. Ook de vogels in de lucht en de vissen in de zee, alle dieren in het water. Heer onze heer groot is uw macht overal op aarde.

Het kwaad.

Het kwaad is het tegenovergestelde van de goedheid van God.

Het kwaad wil dat de mens kiest voor zijn eigen wil en zo in de chaos belandt. Omdat het jaloers is op de prachtige schepping van de mens.

De gulden snede in de natuur laat zien dat God een perfecte Schepper is. Vol van schoonheid en harmonie. Zijn weg met de mens die voor Hem kiest zal er voor zorgen dat je de kroon behoudt.

Jezus ging naar zondaren toe die in de chaos beland waren. Midden in hun ellende maakte Hij contact met het hart van deze mensen. Doordat Jezus zo goed en heilig is, zagen ze het contrast. Door Zijn licht zagen ze hun eigen zonde.

Ook nu kan de mens zelf kan altijd kiezen om samen met Jezus de chaos op te ruimen zodat er weer harmonie ontstaat. Of de mens kan kiezen de chaos te behouden en zich af keren van Jezus' aanbod van hulp.

God heeft de mens de keus gegeven om kind van God te willen worden of kind van het kwaad te willen blijven. Het klinkt erg zwart-wit, maar geestelijk gezien zijn er maar twee keuzes.

Wie een kind van God geworden is kan echter nog steeds misleid worden of een misstap begaan. We hebben dan een broer of zus nodig die met het licht van Jezus naar ons toe komt.

Abba Vader.

De leerlingen van Jezus noemden hem Abba.

In het Hebreeuws is dit de uitdrukking voor het vertrouwelijke 'papa'. En een ander woord voor 'rabbi', dat leraar betekent.

Abba is onze leraar en opvoeder. Hij woont niet ver weg in de hemel, maar dichtbij in ons hart.

Onze gedachten, gevoelens en daden zijn bij Hem bekend.

In onze gedachtewereld mogen we leren onderscheiden welke stemmen anders klinken dan de stem van God. Hij spreekt bemoedigend en zal altijd herstel willen geven. Terwijl onze innerlijke criticus ons zelfbeeld juist naar beneden kan halen. Wanneer ons geweten ons aanklaagt komt dit met oordeel en schuldgevoelens. Ook kunnen we de Bijbel lezen met een negatieve bril van afwijzing waardoor angst ontstaat.

God is een liefdevolle Vader. Wel is zijn karakter stabiel en blijft Hij rechtvaardig en eerlijk. Zonde is zonde. De Heilige Geest is de stem van God in je binnenste die je ontvangt wanneer je een kind van God bent geworden. De Heilige Geest vormt je geestelijk geweten en laat je zien wanneer iets niet goed is.

De stem van God komt als een barmhartige en genadevolle vader en leraar. Zijn plan is altijd om samen zonde en chaos uit ons leven weg te doen zodat er weer rust en harmonie ontstaat.

Wanneer je schuld hebt mag je weten dat God je vergeeft als je je schuld aan Hem belijdt.

Wanneer je schuldgevoelens en gevoelens van angst en afwijzing hebt mag je weten dat dit niet bij liefde en harmonie hoort. Ook deze gevoelens mag je dus biddend aan God geven.

Focus Op de weg

Tijdens mijn autorijlessen plakte de instructeur de achteruitkijkspiegel af. Want ik liet mij steeds afleiden door wat er links, rechts en vooral achter mij gebeurde.

Door steeds achterom te kijken naar ons verleden of door verleidingen en problemen worden we afgeleid. Paulus getuigt in Filippenzen 3:14: "Over vroeger maak ik me niet druk, ik denk alleen aan de toekomst."

We moeten in de vooruitkijken met de focus op Jezus die onze weg is.

Jezus zegt in Johannes 14:6: "Ik ben de Weg. Bij mij is de waarheid, en bij mij is het leven. Je kunt alleen bij de Vader komen als je in mij gelooft."

Zoals de wolk het Israëlische volk in de woestijn leidde, zo wil de Heilige Geest ook ons leiden. Hij beschermt tegen afleidingen onderweg. De Heilige Geest wijst op Jezus Christus. Zo blijven we op de juiste weg. Daarnaast hebben we anderen nodig die als een wolk van getuigen voor ons zijn.

Hebreeën 12:1: Uit de heilige boeken kennen we dus veel mensen met een groot geloof. We moeten hun voorbeeld volgen en de zonde achter ons laten. Want die zonde zorgt er steeds weer voor dat we ons geloof willen opgeven. Maar we moeten juist aan ons geloof blijven vasthouden.

Wanneer we langer over de route doen omdat we zijn afgedwaald, mogen we weten dat onze bestemming vastligt.

De dode hoek

We kunnen alleen door Gods genade de 'dode hoek' van onszelf ontdekken.

Psalm 139 vertelt ons over hoe liefdevol God ons ziet.

Heer u weet alles van mij. U weet waar ik ben, en u weet waar ik heen ga. U weet wat ik denk, ook al bent u ver weg. U ziet me als ik thuis ben en u ziet me onderweg. U ziet alles wat ik doe. Voordat ik mijn mond opendoe, weet u al wat ik wil zeggen. U bent voor mij en achter mij, u bent om mij heen. Uw hand houdt me vast.

Wanneer wij de zonde van anderen of onszelf zien laten wij vaak in al onze oordelen die verbindende hand los.

In 2 Samuel 12 zien we dat profeet Nathan in opdracht van de Heer de dode hoek van David moest openbaren. Nathan vertelt David hoe een rijke man van een arme man steelt. Davids oordeel over dit onrecht is hard. David ziet zijn eigen dode hoek pas wanneer Nathan zegt: "Dit ben jij David! Je hebt alles wat je hart begeert. Toch pak jij de vrouw van een ander af en stuurt hem zelfs de dood in."

David belijdt zijn zonde en ontvangt vergeving van God.

God wil ieder stukje van ons leven en toont Zijn liefde en vergeving wanneer we onze zonden belijden.

Hij zal altijd onze hand vasthouden.

Bovennatuurlijke liefde

Het is niet moeilijk om de vrede te bewaren als mensen het met elkaar eens zijn. Als christenen zijn we het helaas niet overal met elkaar eens. We missen soms de verbindende, onderlinge liefde en vrede die boven onze verschillen zou moeten staan.

Omdat geloofszaken onze diepste overtuigingen raken is het logisch dat we snel geraakt worden door onze verschillen. Maar voor de buitenwereld is het geen goed voorbeeld van de eensgezinde liefde die Jezus ons opdraagt.

In Johannes 13:34 geeft Jezus ons een nieuwe regel: "Jullie moeten net zoveel van elkaar houden als ik van jullie gehouden heb. Dan zal iedereen kunnen zien dat jullie mijn leerlingen zijn."

Gods woord (de Bijbel) is profetisch. Dat betekent dat Zijn woord scheppend is en leven geeft. In het verleden, heden en de toekomst. De woorden die toen gesproken zijn blijven ook vandaag nog steeds actueel voor ons.

Wij kennen de waarheid niet zoals Jezus. Voor ons blijft de opdracht dat we - ondanks onze verschillen - elkaar boven het natuurlijke lief hebben. 

Dien met heel je hart

God gaf wetten aan Mozes. Deze lezen we in het Oude Testament.

Één daarvan staat in Deuteronomium 19:2: "leven om leven, oog om oog, tand om tand, hand om hand, voet om voet."

Deze harde sanctie was om de zonde ver weg te houden van Gods volk dat zuiver moest blijven tot Gods eer.

Het volk mocht echter niet zelf voor rechter spelen door kwaad met kwaad vergelden. Dit moest op een eerlijke manier gebeuren door rechtspraak onder de leiding van Mozes en door hem aangestelde leiders. Dit gebeurde publiekelijk en had een waarschuwende werking. Maar er gebeurde uiteraard genoeg in het verborgene. De motivatie voor goed gedrag kwam vaak voort uit angst en niet vanuit liefde voor God. God zag dat het hart van de mens niet veranderde. Er moest een nieuwe wet komen die het hart wel zou veranderen.

Ezechiël 36:26: Ik zal ervoor zorgen dat jullie Mij weer dienen en liefhebben. Jullie zullen niet langer ongehoorzaam zijn aan Mij, maar weer doen wat Ik wil. Mijn geest zal in jullie zijn, en jullie zullen je houden aan mijn wetten en regels.

Jezus zegt in Mattheus 5:38: "Jullie weten wat de wet zegt: als een ander jou iets aandoet, wordt bij hem voor straf hetzelfde gedaan. Dit zeg ik daarover: Verzet je niet tegen iemand die jou kwaad doet. Stelt dat iemand je een klap in je gezicht geeft, draai dan je hoofd naar de andere kant. Dan kan hij je nog een keer slaan."

De wet van Jezus verandert ons hart.

Liefdesoffer

In het Oude Testament kunnen we lezen over de offers die Gods volk moest brengen om de relatie met God te herstellen of te verdiepen.

De wet gebood dat na het begaan van een zonde een eerstgeboren, gezond lammetje geofferd moest worden tot vergeving.

In het Oude Testament riepen de profeten op tot bekering. En gaven ze de wettische opdracht tot offeren.

Jezus Christus - eerstgeboren Zoon van Vader God - werd onschuldig aan het kruis geslagen. Hij stierf als Lam voor onze zonde.

Wanneer wij Zijn offer aannemen wordt onze schuld vergeven. Onze schuld is afbetaald. We hoeven dus niet meer in angst te leven. We mogen naar God gaan met alles wat we verkeerd doen. We weten namelijk al dat Hij zal reageren in liefde en met vergeving.

Jezus heeft door Zijn offer de wet vervuld. Wij mogen als gelovigen de mensen nu vertellen van deze blijde boodschap.

Spreuken 21:3: De Heer heeft liever dat je goed en eerlijk leeft, dan dat je offers aan hem brengt.

Paulus schrijft in Romeinen 12:1: Vrienden, jullie weten hoe goed God voor ons is. Daarom vraag ik jullie: Geef jezelf als een geschenk aan God. Laat je leven een offer zijn dat God graag wil aannemen. Dat betekent: leef als mensen die bij God horen. Want dat is de juiste manier om God te vereren.

We zijn geroepen om als liefdesoffer God en onze naaste te dienen.

Aanbidding

In je geestelijke liefdesrelatie met God kun je je aanbidding op verschillende manieren uiten.

Ook in de Bijbelse tijd lezen we over deze geestelijke uitingen. Zingen, klappen, knielen, buigen en het opheffen van handen.

In de Bijbelse tijd was dit heel gebruikelijk.

De geest van God geeft vrijheid. Dit betekent dat we vrij zijn van schuld en schaamte. Daarnaast staat vrijheid voor ruimte.

Wanneer we als mensen iets niet willen zal Gods geest ons nooit dwingen. Daardoor kan de werking van Gods geest wel beperkt worden.

De geest van God moet zelf door ons uitgenodigd worden. Pas dan krijgt hij de ruimte om verdieping en herstel in je relatie met God te geven.

De geest van God weet precies wat iemand nodig heeft. Wanneer er nog veel verdriet in je leven is en je geen blijdschap voelt, zijn ook je tranen en een gebroken hart een uiting van aanbidding. Hij zal je altijd liefdevol verwelkomen.

Spreuken 25:20: Zing geen vrolijke liedjes voor iemand die verdrietig is. Dat is net zo gemeen als iemands jas afpakken in de winter. Of als azijn gieten in een open wond.

Redder in nood

Zoals een rups in zijn cocon worstelt om er uiteindelijk als vlinder uit te komen, zo kan God onze worstelingen gebruiken om er uiteindelijk mooier en beter uit te komen.

David beschrijft in de psalmen heel eerlijk zijn innerlijke stormen. In zijn klaagliederen uit hij een schreeuw roep om hulp. In zijn dankliederen prijst hij zijn redder in nood.

Psalm 34:18: De Heer luistert als mensen om hulp roepen. Hij redt hen uit alle gevaar. De Heer is dichtbij mensen die geen hoop meer hebben, hij helpt mensen die de moed verliezen.

We mogen weten dat God ons anker is. Onze redder in nood wanneer innerlijke stormen te keer gaan.

Als we in onze nood God niet ervaren mogen we dat in ons eigen klaaglied vertellen aan God en aan elkaar.

Wanneer je liefdevol door een medegelovige gehoord en gezien wordt is het makkelijker om vast te kunnen blijven houden aan het anker van geloof.

God werkt ook door mensen heen. Zo moeten we elkaar tot redder in nood zijn.

Gelaten 6:2: Help elkaar altijd. Dan leef je volgens de wet van Christus. 

Paniekgolven

Er is steeds meer wetenschappelijke kennis over hoe het brein en de verbinding tussen lichaam en geest werkt.

Naast de logische wet van oorzaak en gevolg mogen we bidden tot God of Hij verlichting wil geven van onze lasten.

Hoop en geloof hebben in God hebben een positief effect op het zelf-herstellend vermogen van ons brein. Psychische en lichamelijke klachten kunnen hierdoor verdwijnen.

Wanneer lijden blijft kan - door een verkeerde benadering - de gedachte ontstaan dat dit komt door een te klein geloof of het niet zetten van de juiste geestelijke stappen. Zo herken ik deze worsteling in mijn eigen lijden.

Na een paniek aanval op het strand schreef ik de volgende woorden:

De veilige kust verandert ineens wanneer er in mijn binnenste een storm opsteekt. Golven van angst overspoelen mij. Wild en overstuur duw ik ze weg. Het werkt averechts want de volgende krachtige golf haalt mijn verzopen zelfvertrouwen nog meer naar beneden. Angstig bid ik: "God van de hemel en de zee, wees mijn reddingsboei!"

God blijft stil. Mijn laatste beetje hoop spat uiteen.

De draaikolk van angst heeft het hoogste woord. Hij neemt me mee en verlaat dan mijn lichaam weer.

Ik kijk naar de strakblauwe lucht met aan de horizon het bewijs van Gods almacht, waarvan ik niets heb gemerkt.

De storm van boosheid op God is nog niet gaan liggen. Gefaald bid ik "Wijs mij niet af, nu ik ben zoals de golven van de zee."

Dan ontvang ik op mijn mobiel een Bijbeltekst.

Jesaja 51:15: Ik laat het stormen op zee, ik zorg voor hoge golven. Ik ben de machtige Heer, jullie God. Inwoners van Jeruzalem, luister. Jullie zijn mijn volk, jullie moeten mijn woorden doorgeven. En ik zal jullie steeds beschermen.

Liefde en lijden

God die volmaakte liefde is en toch het lijden toelaat. God belooft ons dat we genezing zullen vinden onder Zijn vleugels. En toch kennen we het dilemma van blijvend lijden.

Tijdens een vakantie stormde het zo erg dat de regen onze - inmiddels kapotte - tent binnen kwam. Ik wilde als gelovige moeder mijn kind tonen hoe je geestelijk zou moeten omgaan met stress.

Zo zong ik hem toe: "Je hoeft niet bang te zijn al gaat de storm tekeer, leg maar gewoon je hand in die van onze Heer."

Mijn zoon legde zijn hand op mijn schouder en zei: "Maar mama, je mag wel bang zijn hoor. "

God sprak duidelijk. We hoeven onszelf en Hem niet voor de gek te houden.

Eerlijk zijn over je lijden is voor iedereen het beste voorbeeld. Het doet voor God geen enkele afbreuk aan zijn liefde voor ons.

Romeinen 8 :38: Dit weet ik zeker: door de dood en opstanding van Jezus Christus, onze Heer, liet God zien hoeveel hij van ons houdt. En niets kan dat veranderen: geen engel, geen geest, geen machthebber, geen mens of macht op aarde of in de hemel. Want wat er ook gebeurt, vandaag of in de toekomst, of we nu leven of sterven: God houdt van ons.

Troost

Voordat Jezus teruggaat naar zijn Vader in de hemel zegt Hij: "Ik laat jullie niet alleen, maar ik kom terug om jullie de nieuwe helper te geven." (Johannes 14:18).

en,

"Later zullen jullie het allemaal begrijpen. Dat zal gebeuren als de heilige geest komt. De Vader zal hem als helper naar jullie toe sturen. Dat doet hij voor mij. De heilige geest zal jullie herinneren aan alles wat ik tegen jullie gezegd heb. En hij zal ervoor zorgen dat jullie het begrijpen." (Johannes 14:26).

Door pijn en teleurstelling kan je een beschermende laag van bitterheid en verharding om je hart heen bouwen. Je kunt alleen getroost worden als je dit zelf toelaat.

God zal in zijn liefde je niet dwingen om de muur af te breken. Hij wil dit op jouw tempo samen met je doen. Zo mag je bidden om te leren je te laten troosten.

Psalm 56: 9: U weet precies wat ik heb meegemaakt, u kent mijn verdriet.

Het is veilig om je door Hem en medegelovigen te laten troosten.

Paulus zegt in zijn brief aan de gemeente van Korinthe (2 Korintiërs 1:3): "Alle eer aan God, de Vader van onze Heer Jezus Christus. Hij is de Vader die van ons houdt, de God die ons altijd moed geeft. Steeds als ik het moeilijk heb, geeft God mij nieuwe moed. Daardoor kan ik andere christenen die het moeilijk hebben, ook nieuwe moed geven. De moed die God mij geeft, geef ik door."

Goede vrucht eten

De eerste mens Adam leefde samen met zijn vrouw Eva in het paradijs, de Hof van Eden. God had daar vruchtbare bomen geplant. Van één vruchtboom mochten ze niet eten. Het kwaad had de gedaante van een slang aangenomen. Met de leugen "Jullie zullen aan God gelijk worden.", verleidde hij hen. En zij aten de verboden vrucht.

Na het eten van de vrucht werden zij zich bewust van hun zonde. De kennis van goed en kwaad waren ze rijker. Maar daardoor leken ze juist niet op God.

Door te luisteren naar Gods waarheid leren we de leugen onderscheiden.

Wanneer wij eten van de goede vrucht zullen we gaan lijken op God. Zo kunnen we zelf ook goede vrucht voorbrengen.

Gelaten 5:22: Mensen die zich laten leiden door de heilige Geest, leven heel anders. Zij houden van elkaar. Ze zijn blij en leven in vrede. Ze hebben geduld en zijn goed voor elkaar. Ze geloven in Christus. Ze zijn vriendelijk en gedragen zich goed. Als je zo leeft doe je precies wat de wet eigenlijk wil.

Colossenzen 3:10: Jullie zijn nu nieuwe mensen. God geeft jullie inzicht om hem steeds beter te leren kennen. En zo gaan jullie steeds meer lijken op God.

Goede en kwade gedachten

Wanneer onze gedachten worden beïnvloed door positieve waarheid krijgen we automatisch ook prettige gevoelens. Hierdoor zal ons gedrag ook positief zijn.

Spreuken 4:6: Heb de wijsheid lief. Want als je wijs bent, zal je geen kwaad overkomen. En Spreuken 4:22: Mijn woorden zijn belangrijk voor je leven. Ze maken je sterk en gezond.

Het is een hele oefening, maar we kunnen kiezen om onze gedachten te richten op de waarheid.

Nu zijn onze omstandigheden en ervaringen niet altijd positief waardoor er negatieve gedachtenpatronen konden ontstaan. Deze gedachten maken je zwakker en ziek.

Om weer gezond en sterk te worden, moeten we onze gedachten onder de gehoorzaamheid aan Christus brengen. Door de waarheid en wijsheid in de Bijbel te geloven.

Joodse gelovigen lezen hardop voor uit de Torah en bewegen daarbij hun lichaam heen en weer. Door deze actieve manier van bidden brengen ze het woord naar hun eigen gehoor en binnen wereld.

Zo kan hardop uit de Bijbel lezen helpen wanneer je moeite hebt om te geloven wat je leest.

Romeinen 10:17: Je kunt pas geloven als je het goede nieuws over Christus gehoord hebt. Maar niet iedereen die het gehoord heeft, wil het geloven.

2 Korinthïers 10:4: Ik strijd tegen alles wat mensen beweren. Al hun mooie woorden, hun grote verhalen geweldige ideeën. Ik laat zien dat dat allemaal onzin is. Want de kennis over God is de enige waarheid. En we moeten alleen Christus gehoorzamen.

Liefdevol gehoord en gezien worden

Als een medemens met liefde en geduld naar ons luistert, voelen we ons gekend en geliefd. Tijdens ons gebed kan het nog wel eens stil blijven. Dat kan onzeker maken.

Maar soms wil je van God gewoon een echte reactie, zoals een medemens je kan geven.

Tijdens een gebed ervoer ik de langdurige stilte van God als een plafond waar ik niet doorheen kon breken. Vanuit mijn gevoel van afwijzing bad ik op boze toon; "U hoort mij niet en U ziet mij niet."

Vader God liet me vervolgens de Bijbel openen bij Psalm 94:9. Daar staat: "De Heer heeft onze oren gemaakt. Dan kan hij zelf toch ook horen? De Heer heeft onze ogen gemaakt. Dan kan hij toch zelf ook zien?"

Zo toonde de levende God het beeld van de betrokken Vader. Hij houdt van ons en kent ons. God spreekt door de Bijbel. Zijn woorden van wijsheid zijn voor ieder leven en elke generatie een hulp om Hem te leren kennen.

Door als beelddragers naar het hart van de ander te luisteren tonen we dat de ander onze en Gods liefde waard is.

Vlees of geest

Wanneer je voor God kiest word je van binnen geestelijk geboren. Je eigen verlangens moeten afsterven. Zo krijgt God meer ruimte in je hart.

De liefde die Hij geeft zorgt ervoor dat je steeds meer wilt leven als geschenk aan Hem.

Het leven vraagt dagelijks om het maken van keuzes tussen vlees en geest. Omdat God onze totale toewijding wil, gaat dit over allerlei terreinen van ons leven. Van je kledingkeuze tot wat je kijkt op beeldscherm. Hoe je praat en met wie je omgaat. Welke boeken je leest of welke tijd je aan God besteed. Toch kunnen we nog worstelen met ons vlees. Hierin mogen we leren ons niet te laten leiden door onze eigen verlangens, maar ons te laten leiden door de Geest.

1 Johannes 2:16: In de wereld is het normaal om je eigen verlangens te volgen. Het is daar normaal om alles wat je ziet, te willen hebben, en om op te scheppen over je bezit. Zulk gedrag hoort bij de wereld, niet bij de Vader.

In onze binnenwereld maken we onze keuzes. Anderen zien ons leven aan de buitenkant. We horen met ons goede gedrag beelddragers te zijn van God.

Romeinen 12: 1 Geef jezelf als een geschenk aan God. Laat je leven een offer zijn dat God graag wil aannemen. Dat betekent: leef als mensen die bij God horen. Want dat is de juiste manier om God te vereren.

Voor God is iedereen gelijk

Jacobus 2:1: Vrienden, jullie geloven in Jezus Christus onze Heer, die redding brengt. Daarom moeten jullie alle mensen op dezelfde manier behandelen.

Deze Goddelijke maatstaf is zo anders als de wereldse maatstaf. Omdat we allemaal evenveel afhankelijk zijn van die redding, zijn we ook allemaal gelijk aan elkaar.

De apostel Paulus - die voor zijn bekering zoveel christenen heeft vervolgd - is zich daardoor zeer bewust van zijn afhankelijkheid en is daar dankbaar voor. Deze dankbaarheid is voor hem de drijfveer om zijn leven en vele geestelijke gaven in de dienst van God te stellen.

Hij pronkt niet met zijn ijver en gaven, omdat hij weet dat hij juist dan alles weer zou verliezen.

Ook wij mogen de talenten en gaven die we van Vader God gekregen hebben ontwikkelen en inzetten voor Gods koninkrijk.

Door deze gaven met anderen te delen worden ze vermeerderd.

Godsdienst

In de geschiedenis van het oude testament en nieuwe testament is te lezen dat religie een grote rol speelde in het leven van de mensen die toen leefden. De mensheid had het beeld dat de goden/God het handelen van mensen bestrafte of met zegeningen beloonde.

Door deze gedachte kan de motivatie om God te dienen religieus worden. Het kan het idee van maakbaarheid en controle geven.

"Wanneer ik goed doe heb ik recht op zegeningen en dus welvaart."

"Wanneer iemand is of in armoede leeft zal diegene vast iets verkeerds doen".

Jezus woorden veranderden toen en ook nu nog steeds de verkeerde religieuze denkbeelden. Jezus sprak duidelijk dat God geen godsdienstig leven van ons wil, maar een leven dat tot dienst aan Hem is. Goede daden die - vanuit relatie met God - voortkomen uit liefde en dankbaarheid.

Ware Godsdienst is niet religieus zijn, maar een levende relatie met Hem aangaan.

Jakobus1:27: Dit is de ware en zuivere manier om God, onze Vader, te dienen: Help weduwen en kinderen zonder vader in hun moeilijkheden. Doe wat God wil, en leef niet zoals mensen die God niet kennen.

Bruiloftskleren

In een gelijkenis uit Mattheus 22 vertelt Jezus over de Koningschap van God.

Een koning hield een bruiloftsfeest voor zijn zoon. Hij stuurde zijn knecht de straat op om alle vrienden van de koning uit te nodigen. Vanwege hun eigen prioriteiten zeiden de vrienden geen tijd te hebben voor het feest. Toen stuurde de koning de knecht de straat op om iedereen die maar wilde uit te nodigen. Eén gast had niet eens de moeite genomen om zich om te kleden waardoor de koning hem van zijn feest buiten liet sluiten.

De gelijkenis gaat over het feest dat in de hemel zal zijn.

God is heilig waardoor alleen gereinigde mensen bij Hem kunnen komen. Alle mensen zijn uitgenodigd om door Jezus gereinigd te worden en zo een kind van God te worden. Maar niet iedereen wil het offer van Jezus aannemen. Wanneer we Jezus aannemen wordt onze schuld vergeven en dragen we witte feestkleding.

Psalm 51: 9: Neem mijn schuld weg, dan kan ik weer bij u komen. Maak mij weer schoon, zo schoon als witte sneeuw.

1 Johannes 1:7: Maar als we leven in het licht, net zoals God in het licht is, dan zijn we als gelovigen met elkaar verbonden. Onze zonden worden dan vergeven. En we worden helemaal rein door het bloed van Gods Zoon, die voor ons gestorven is.

Openbaringen 19:7: Laten we juichen en blij zijn, laten we Hem eren. Want de bruiloft van het Lam gaat beginnen. Zijn bruid staat al klaar. Zij heeft kleren gekregen van stralend wit linnen.

Liefdesmaaltijd

Liefde doet ons innerlijk groeien zoals goede voeding dat doet. Op aarde hebben wij te kiezen van welke vrucht we eten. De vrucht van de wereld vervult onze eigen verlangens. De vrucht van God vervult ons verlangen naar Zijn liefde.

Voor ons christenen komt de maaltijd van Jezus op de eerste plaats. Hij leed voor ons zodat wij -hemelburgers - door Zijn aanwezigheid in ons leven geestelijke voeding ontvangen.

Zijn liefde is de maaltijd die onze honger en verlangens vervult en ons geestelijk laat groeien.

Filippenzen 2:6: Jezus christus was aan God gelijk. Maar hij vroeg niet om de hoogste macht en eer voor zichzelf. Nee, hij gaf zijn hemelse positie op. Hij maakte zich zo onbelangrijk als een slaaf. Hij kwam als mens op aarde. En toen hij leefde als mens dacht hij nooit aan zichzelf. Hij was altijd gehoorzaam aan God, zelfs toen hij aan het kruis moest sterven.

Filippenzen 3:18: Christenen die niet willen lijden, zijn vijanden van Christus. Voor hen komen eten en drinken op de eerste plaats. Ze zijn trots op dingen waar ze zich voor zouden moeten schamen. Ze kiezen voor het aardse leven. Maar uiteindelijk zullen ze gestraft worden. Wij kiezen niet voor het aardse maar voor het hemelse leven. Want wij verwachten uit de hemel onze redder, de Heer Jezus Christus.

Filippenzen 3:21: Hij heeft de macht gekregen over alles en iedereen. Hij zal onze zwakke lichamen veranderen, hij maakt ze zo schitterend als zijn eigen hemelse lichaam.

Onderlinge strijd

Romeinen 13:8: Voor jullie geldt alleen deze regel: houd van elkaar. Want als je houdt van de ander, heb je precies gedaan waar het in de wet om gaat.

Romeinen 14:4: Wie beoordeelt of een slaaf zijn werk goed doet? Alleen zijn eigen meester. Net zo worden wij alleen door onze Heer beoordeeld.

Paulus schrijft hier over de onderlinge strijd die in de gemeente van Rome was ontstaan. Zij hadden een meningsverschil over wat je wel of niet mocht eten en drinken en over welke feestdagen er gevierd moesten worden tot Gods eer.

Er zullen altijd vraagstukken blijven waar we in de Bijbel geen antwoord op kunnen vinden. Of waar men een andere kijk blijft houden dan de ander. Onderlinge strijd om ons eigen gelijk te krijgen zegt veel over onze eigen behoefte aan veiligheid. Veiligheid in regels en antwoorden gaan we op aarde niet krijgen.

De Bijbel roept ons op de goede strijd te strijden. Samen als een leger tegen het kwaad. Een leger dat verdeeld raakt verliest kracht. Wanneer we onderling met elkaar gaan strijden over hoe we God eren heeft de vijand gewonnen.

Wanneer we ons overgeven wil God ons veiligheid geven in Zijn liefde.

Wanneer we elkaar lief hebben en de onderlinge strijd los laten geeft dat een veilig sterk leger. Verschillend, maar vanuit dezelfde motivatie dienen we de Heer waardoor we onderling verbonden zijn.

Romeinen 14:8: Als wij leven, leven wij voor de Heer. En als wij sterven sterven wij voor de Heer.

Pelgrim

Vanwege de belofte uit Jesaja dat Jezus onze ziekten geneest is het vaak een moeilijk onderwerp als iemand niet genezen wordt.

De wetsleraren en farizeeërs hadden ook moeite met zieke mensen, omdat volgens hun zonde de oorzaak was van de ziekte. Ze vroegen zich af of Jezus - die dagelijks met zieken en zondaren omging - zich niet zou schamen voor hen.

Ziekte en zonde blijven vaak moeilijke onderwerpen binnen de gemeente. Zo kun je een oordelende vinger tegen komen, waardoor je je als een pelgrim voelt tussen andere gelovigen. Net zoals de grote woorden van Goliath kan kritiek op je geloof je kleineren.

Lofprijs is binnen evangelische gemeenten vaak een blij gebeuren. Maar soms lukt het - door de pijn, ziekte of lasten die je te dragen hebt - niet om in je hart blij te zijn. Jezus zal altijd naast je komen staan en een arm om je heen leggen. Samen met Hem mag je leren om oordelen neer te halen zoals David met Goliath deed. Je mag eerlijk zijn over hoe je je voelt en waar je mee worstelt. Hij schaamt zich er niet voor om met je om te gaan.

Jezus nam een zeer andere houding aan en zei (Marcus 2:27): "Een dokter is er niet voor gezonde mensen, maar voor zieke mensen."

Jezus was troostend en helend voor hen die met lijden en zonde te maken hadden.

Ook Jezus was als een pelgrim op aarde, maar Hij zal altijd bij je zijn.

Profetie

Een profeet heeft de gave ontvangen woorden van God te spreken. De woorden van Jezus zijn ook profetisch. Hij spreekt namens God.

De profeet Jona kreeg van God een opdracht (Jona 1:1). Ga op reis naar Nineve en waarschuw de mensen in die grote stad. Want ik heb gezien dat ze slechte dingen doen.

God wilde vanuit liefde dat de stad zich zou bekeren. Jona vluchtte voor deze opdracht omdat hij de confrontatie niet wilde aangaan. Mensen aanspreken op hun zondige leven maakt de profeet - boodschapper van God - niet geliefd.

Gods geest spreekt nog steeds. De roep tot bekering is vanuit liefde tot redding van de mensen.

Het gaat dan niet over onze eigen welvaart in dit aardse leven. God heeft de welvaart van onze ziel voor ogen.

In de Bijbel wordt ook gesproken over vele valse profeten. Mensen die de mensen naar de mond praten. Ook vandaag de dag bestaan er valse profeten. Om te kunnen onderscheiden of een profetie van God is of niet moeten we Zijn stem leren verstaan. De woorden van God zijn profetische beloften. Hij doet wat Hij zegt.

Jeremia 33:19: De Heer zei tegen Jeremia: Ik de heer zeg: Ik heb de tijden van de dag en nacht bepaald. Niemand kan die veranderen. En net zo kan niemand iets veranderen aan mijn beloften.

Vergeven en vergeten

De wet van het Oude Testament versterkte het gevoel van gerechtigheid, omdat kwaad met kwaad kon worden vergolden. Maar Jezus' wet is juist dat wij onze vijanden moeten liefhebben. En mensen moeten vergeven die ons kwaad hebben gedaan.

Dit kan tegen ons gevoel indruisen. Vooral wanneer we in het heden nog steeds last hebben van de pijn uit ons verleden. Iemand vergeven is een wilsbesluit dat los staat van het proces van het verwerken van je pijn en de daarbij horende boosheid en frustratie.

Vergeven betekent dat je je wens om de schuld te willen vereffenen loslaat. Je kiest ervoor om het handelen van de ander aan God over te laten. Je kunt zelfs aan Hem vragen om liefde in je hart uit te storten, zodat je medelijden en ontferming kunt hebben voor degene die jou pijn heeft aangedaan.

Efeziërs 4:26: Als je boos bent, ga dan geen verkeerde dingen doen. Maar zorg ervoor dat je boosheid snel weer verdwijnt, dan kan de duivel geen invloed op je krijgen.

Jezus droeg het kwaad van de hele wereld. Alle straf en pijn, zonder dat Hij zelf ooit iets verkeerds gedaan had. Kwaad met kwaad vergelden heeft geen blijvend effect op ons hart. Liefde geven aan de schuldenaar die het niet verdient kan ons hart wel veranderen. Dat is genade. Door genade te ontvangen leren we zelf ook om een ander genade te geven en te vergeven.

Mattheus 18:35: Zo is het ook met mijn hemelse Vader. Hij wil dat je anderen van harte vergeeft.

Woestijnperiode

Het volk van God deed veertig jaar over de reis door de woestijn, van Egypte naar het beloofde land in Kanaän. Deze reis had - rechtstreeks en zonder oponthoud - in elf dagen kunnen worden afgelegd als het volk zich niet door gemopper en ongehoorzaamheid van God had laten afleiden. Er waren uiteindelijk veertig vormingsjaren nodig om in het beloofde land aan te kunnen komen.

De snelste route naar het beloofde land van God vind je door je zonden te belijden en Jezus aan te nemen als Heer van je leven. Dankzij Zijn volbrachte werk mogen we binnen gaan.

Door de verleidingen en afleidingen kunnen we afdwalen van de route. Het leven kan zo welvarend zijn dat een mens kan denken dat hij Gods goedheid niet nodig heeft. Of iemand raakt door het lijden zo teleurgesteld dat hij niet meer kan geloven dat God goed is.

Het volk in de woestijn was zeer ongeduldig en pas als ze Gods kracht in wonderen zagen geloofden ze. Hun geloof was klein en zwak en moest groeien. Een volwassen geloof is dat je blijft geloven dat God goed is, ook als je hem niet ziet of ervaart. Jezus is het bewijs dat Vader God goed is. We hebben geen ander bewijs nodig.

De apostel Paulus maakte veel lijden mee en zegt daarover dat dit hem scherp houdt, omdat hij daardoor blijft verlangen naar Vader God.

Of ons leven nu diep lijden kent of dat het ons goed gaat …. verlangen naar Gods goedheid is nodig om ons op de goede route te houden.

Psalm 143:6: Ik wil bij u zijn, ik verlang naar u, zoals droog land verlangt naar regen.

Mijn oude ik

In het (geestelijke) leven raak je nooit uitgeleerd. Maar zodra we ons niet meer afhankelijk van God op stellen vallen we terug op onze oude patronen. Op ons oude ik.

1 Korintiërs 10:12: Als je vindt dat je een sterk geloof hebt, moet je oppassen dat je geen verkeerde dingen doet.

De Bijbel leert ons dat we ons ego – ons oude ik - moeten afleggen. Paulus is zich bewust van de fouten die zijn oude ik maakte . Hij weet dat hij afhankelijk is van Christus in hem om goede keuzes te kunnen maken. "Als ik zwak ben, ben ik sterk.", zegt Paulus.

Tijdens de reis in de woestijn doet God wonderen door Mozes heen. In opdracht van de Heer slaat Mozes op de rots, zodat er water uit zal komen. Wanneer het Mozes niet snel genoeg gaat, slaat hij nog een keer op de rots. Maar dan komt er geen water uit.

God is heel duidelijk dat Hij het is die door ons heen werkt. Wij kunnen het niet zelf.

Johannes 4:13: Jezus zei: Iedereen die water uit deze put drinkt, zal weer dorst krijgen . Maar als je drinkt van het water dat ik je geef, krijg je nooit meer dorst. Want het water dat ik geef, blijft altijd bij je. Het geeft je eeuwig leven.

Gelaten 2:20: Want Christus is voor ons gestorven aan het kruis. En met Hem is ons oude ik gestorven. We zijn nieuwe mensen geworden. Christus , de Zoon van God, houdt van ons en leeft in ons.

De goede Herder

Jezus nodig ons liefdevol uit om met Hem te leven. Zijn harde waarschuwingen aan mensen die verkeerde keuzes maken komt voort uit diezelfde liefde. God wil niet dat er mensen zonder Hem zullen leven.

Joh 3:16: Want Gods liefde voor de mensen was zo groot, dat hij zijn enige Zoon gegeven heeft. Iedereen die in Hem gelooft, zal niet sterven, maar voor altijd leven.

In het Bijbelboek Hosea kunnen we lezen dat het volk van God keer op keer ontrouw is. Met zoete woorden zullen ze zich niet tot Hem bekeren. Daarom leidt hij hen als een herder met behulp van zijn stok en staf terug naar zijn hart.

Hosea 14:10: Wie wijs en verstandig is, moet nadenken over de woorden in dit boek. Want de Heer is rechtvaardig. Leef daarom zoals hij het wil. Als je dat niet doet, loopt het slecht met je af.

Als God streng is omdat je bent afgedwaald, dan is dat juist een teken dat Hij van je houdt. Wij hebben als mensen herders nodig die ons niet naar de mond praten, maar die eerlijk zijn. Zelfs wanneer dat pijn doet.

Johannes 10:14: Jezus zei: Ik ben de goede herder. Zoals een herder voor zijn schapen zorgt, zo zorg ik voor de mensen die bij mij horen. Ik geef mijn leven voor die mensen, want ik ken hen, en zij kennen mij. Net zoals ik de Vader van dichtbij ken, en zoals hij mij van dichtbij kent.

Aan Jezus voeten

Lukas 7:37: In de stad woonde ook een vrouw die volgens de mensen een slecht leven leidde. Toen die vrouw hoorde dat Jezus bij Simon, de farizeeër, thuis was, ging ze erheen. Ze nam een flesje olie mee. Het was heel dure olie, met een lekkere geur. De vrouw ging bij Jezus staan en begon te huilen. Met haar tranen maakte ze de voeten van Jezus nat. En met haar haren maakte ze zijn voeten droog. Toen kuste ze zijn voeten en goot de olie eroverheen.

Deze vrouw voelde zich veilig genoeg om aan de voeten van Jezus te zitten. Ze gelooft dat God haar zonden kan vergeven en voelt zich rijk gezegend in de aanwezigheid van Jezus.

Terwijl Jezus tekst en uitleg geeft is haar liefdesuiting een getuigenis aan zowel Simon de farizeeër als aan ons, die het kunnen nalezen.

In vers 47 zegt Jezus: "Zij heeft veel dingen verkeerd gedaan. Maar dat is haar allemaal vergeven. Dat weet ik omdat ze mij veel liefde heeft laten zien. Terwijl iemand die weinig vergeven wordt, weinig liefde laat zien. Toen zei Jezus tegen de vrouw: Alles wat je verkeerd hebt gedaan, is je vergeven."

En (vers 50): "Je bent gered dankzij je geloof. Je kunt gerust zijn."

Wij mogen aan Jezus voeten knielen, zodat Hij ons rijk kan zegenen. Dat is wat Hij met liefde voor ons wil doen. 

Je bent een nieuwe schepping

Toen ik een kind was legde ik eens mijn huiswerk onder het kussen en bad dat God de lesstof naar mijn brein zou zenden. Ik voegde er krachtig aan toe dat ik het geloof van een kind had.

1 Korintiërs 3:1: Vrienden, toen ik bij jullie was, kon ik jullie nog niet alles vertellen. Want jullie leefden toen nog als mensen van deze wereld. Jullie lieten je nog niet helemaal leiden door Gods Geest. Jullie moesten nog veel leren over het geloof. Jullie leken baby's die nog niet alles konden eten. Daarom kon ik jullie nog niet alles vertellen over de wijsheid van God.

1 Korintiërs 13:9: Alles wat onvolmaakt is, zal verdwijnen als Gods nieuwe wereld komt. Dat geldt voor al onze kennis en voor iedere boodschap die we vertellen. Het is als met een kind dat volwassen wordt. Een kind praat en denkt nog als een kind. Maar als het volwassen geworden is, zijn al die kinderlijke dingen verdwenen. Net zo zal straks alles wat onvolmaakt is, verdwenen zijn. Maar de liefde zal nooit verdwijnen.

We mogen nu al geloven als een kind dat Hij ons in onze onvolmaaktheid aanziet als volmaakt. Wij zijn in Christus een nieuwe schepping. Maar in de praktijk van alle dag mogen we het kinderlijke leren loslaten en mogen we volwassen worden in ons geloof.

Efeziërs 4:15: Laten we trouw zijn aan de waarheid en van elkaar houden. Want op die manier gaan we steeds meer op Christus lijken.

Groeien in geloof

Als we in de spiegel kijken zien we dat we elke dag een beetje ouder en – hopelijk - wijzer worden. Deze spiegel laat ons ook de realiteit zien dat we nooit de volmaaktheid zullen behalen.

We mogen weten dat we volledig geliefd zijn. Ook wanneer we struikelen en dus nog onvolmaakt zijn. Een volwassen en sterk geloof komt niet vanzelf. We moeten hier hard voor werken en ons best voor doen. We hebben elkaar hierin nodig. Van leerling tot leraar, zowel jong en oud.

Jakobus 3:1: Vrienden, in de kerk moet niet iedereen leraar willen zijn. Jullie weten dat de leraren door God extra streng gestraft worden als ze verkeerde dingen doen. En verkeerde dingen doen we allemaal. Alleen als je nooit iets verkeerds zegt, ben je volmaakt. Want als je de baas bent over je tong, waarmee je spreekt, dan ben je de baas over je hele lichaam.

2 Petrus 1: 5-7: Daarom moeten jullie je uiterste best doen om je geloof te laten groeien. Je geloof zal groeien als je volmaakt wordt. Je wordt volmaakt als je meer begrijpt van het geloof. Je begrijpt meer van het geloof als je geduldig bent. Je wordt geduldig als je volhoudt in moeilijkheden. Je kunt volhouden in moeilijkheden als je God eert. Je eert God als je van elkaar houdt als broers en zussen. En je kunt pas van elkaar houden als je van alle mensen houdt.

De bovennatuurlijke wereld

De onwetende mensen dachten vroeger dat de goden boos waren als het onweerde en bliksemde. Door de opkomst van de wetenschap is het geloof in het bovennatuurlijke afgenomen en stellen mensen zich steeds minder afhankelijk van elkaar op. Ook binnen de kerken is er meer individualisme en minder geloof en kennis van de geestelijke wereld.

Dit wordt beschreven in het laatste Bijbelboek Openbaring. Voordat Jezus terugkomt op aarde zullen er veel oorlogen en rampen zijn. Er is minder geloof te vinden op aarde. Terwijl we dat juist nu zo nodig hebben, om onszelf te beschermen.

Efeziërs 6:11: Gebruik Gods wapens en verdedig je daarmee tegen de slechte bedoelingen van de duivel. Want we vechten niet tegen mensen, maar tegen machten en krachten die over de wereld willen heersen. We vechten tegen de leiders van de duisternis, tegen de hoogste kwade machten.

Vers 14: Jullie moeten klaar staan voor de strijd, net als soldaten. Maar dit is de manier waarop jullie moeten vechten: Spreek altijd de waarheid en doe altijd het goede. Breng aan iedereen het goede nieuws van de vrede. En houd altijd vast aan het geloof. Want je geloof beschermt je als een schild tegen de brandende pijlen die de duivel op je afschiet. Vertrouw erop dat God je zal redden, want dat vertrouwen beschermt je als een helm. En de boodschap van God is je zwaard. De heilige geest zal je helpen om die boodschap kracht te geven.

Terug naar je eerste liefde

De ervaring van je eerste ontmoeting met God wordt de eerste liefde genoemd. Wanneer je van jongs af aan bekend bent met het geloof kan deze ervaring ook ontstaan wanneer je je bewust wordt dat Gods liefde ook echt voor jou is. Een geloof dat in ons hart begint te leven gaat altijd gepaard met liefde die God in ons uitstort. Dit kan in één moment gebeuren of juist in verschillende stappen.

We leven door deze liefde echter niet altijd op een roze wolk. Er is nu eenmaal strijd in het leven. Soms lukt het dan om - als je gevoel niet meewerkt - met je verstand te blijven vasthouden aan God. Maar soms lukt ook dat niet.

Zo had ik een periode waarin ik veel moeite had met het vasthouden aan het geloof dat God goed en liefdevol is. Terwijl ik een lawaaierige winkel binnen liep bad ik: "Heer u mag wel eens wat duidelijker zeggen dat U van me houdt".

Meteen hoorde ik via de luidsprekers in de winkel het lied "Jesus loves me. This i know 'cause the Bible tells me so".

Misschien heb je er niet altijd zin in, maar wanneer we vaak onze Bijbel openen kan God ons vertellen dat Hij van ons houdt. Zo wordt ons hart ook steeds opnieuw weer vervuld van de eerste liefde.

Psalm 143:8: Laat me elke ochtend uw liefde zien. Zeg me wat ik moet doen, want op u vertrouw ik, naar u verlang ik.

Volkomen liefde

1 Johannes 4:12: Vrienden. Omdat God zoveel van ons houdt, moeten ook wij van elkaar houden. Niemand heeft ooit God gezien. Maar als we van elkaar houden, blijft God in ons. Dan is zijn liefde in ons volmaakt geworden.

Als mensen en gemeenten van God zijn we onvolmaakt in ons kennen van God en in ons handelen uit liefde. We zijn op weg om de volmaakte liefde te leren kennen.

Paulus schrijft in Romeinen 13:11: Jullie weten dat het moment van onze redding dichtbij is. De dag waarop dat zal gebeuren, is nu nog dichterbij dan toen wij gingen geloven. Het is tijd dat jullie wakker worden. De nacht is bijna voorbij, de dag gaat beginnen. We moeten alles wat slecht is, achter ons laten. Want dat hoort bij de donkere nacht We moeten klaar staan om te gaan leven in Gods licht.

Er klinkt gedrevenheid in deze woorden. Laten we haast hebben in het kiezen voor God. Haast hebben om lief te hebben. Zodat we aankomen in het beloofde land waar we rust mogen vinden in zijn volmaakte liefde.

Openbaringen 22:20: Jezus Christus heeft de plannen van God bekend gemaakt. Hij zegt: Ik zal snel komen! Ja, kom, Heer Jezus! Ik wens jullie toe dat de Heer jezus christus goed voor jullie is.

Bovenstaande veertig stukjes zijn het boek : Beeldenstorm